TangoArt

In het weekend van 24 en 25 juni 2017 vindt in Alkmaar het jaarlijkse Tango à la Carte-festival plaats. Organisatie: stichting TangoArt. Vanaf vrijdagavond is er drie dagen dansen op verschillende plekken in Alkmaar, met als hoogtepunt zaterdagavond een Noche de Tango in de Grote of Sint-Laurenskerk. Om de ‘Art’ in de naam van de stichting eer aan te doen, is er zaterdagmiddag 24 juni in de Grote Kerk een publieksmarkt met tangokunst, tangokleding en -sieraden. Ook zijn er workshops en demonstraties. Ik doe mee. Ik sta die middag op de markt met mijn tangotekeningen die dan voor een vriendelijke prijs te koop zijn. Komt dat zien!

Tangopaar met bril (24 x 30 cm, verkocht)

Tangopaar met bril (24 x 30 cm, verkocht)

Rietpen snijden

Mijn pop-can-pen-portrettekenexperiment van vorige week was niet gelukt. Vanavond ging ik daarom verder met een rietpen van bamboe. Ik vind het leuk die zelf te snijden. In het gemeentebosje tegenover mijn huis groeit de bamboe gewoon in het wild, dus een paar verse twijgen zijn zo gesneden. Daarna is het de kunst er een mooie punt aan te snijden. Op internet zijn tal van instructieve websites te vinden, Google maar op ‘reed pen cutting’. Er zijn ook goede video’s. Zelf kan ik ondertussen een mooie punt snijden, maar het sneetje laat ik achterwege – gewoon omdat ik te lui ben een gaatje te boren. Misschien moet ik dat toch maar eens doen: het gaatje voorkomt dat het sneetje verder splijt dan nodig en functioneert als inktreservoir. Onderstaande tekening is gemaakt met bamboepen en bister. De bister is uitgewassen met een kwastje, desalnietttemin zijn de hakerige lijnen van de bamboepen nog goed te zien.

Renée, 50 x 65 cm

Renée, 50 x 65 cm

Waallust

In mijn Amsterdamse tijd gingen we met een vaste club regelmatig naar Varik, om daar te schilderen. Ons vaste onderkomen is vakantiehuis Waallust, vlak onder de Dikke Toren en met een terras dat een prachtig uitzicht biedt op de Waal. In de onmiddellijke omgeving valt van alles te schilderen: de rivier, het pontje, de koeien met hun poten in het water, de dijk, het veerhuis, de molen, het achterland. En niet te vergeten, de Oude of Dikke Toren. Dit weekend hadden we een reünie. We hadden zelfs een opdracht, te weten het schilderen van de toren. Dat bood ons namelijk een kans om deze zomer deel te nemen aan een expositie over dat onderwerp. Inmiddels is de expositie een jaar uitgesteld, maar we hebben dit weekend allemaal flink zitten te zwoegen. Met mijn olieverfschilderijtjes kwam ik er niet uit, maar ik heb leuk zitten spelen met de pop can pen.

Varik, de dikke toren (bister, 30 x 40 cm)

Varik, de dikke toren (bister, 30 x 40 cm)

Pencil man

De Hermitage Amsterdam is al een heel museum op zich, maar in een aparte ruimte is een afzonderlijk museum gevestigd, het Outsider Art Museum. Met Els bekeek ik daar de tentoonstelling van Chinese, Nederlandse en andere buitenlandse outsider-kunstenaars: mensen, vaak met een verstandelijke beperking, die buiten elke traditie om kunst maken. Elke outsider-kunstenaar heeft zijn eigen particuliere stijl en thematiek, dus hing er heel divers werk. Desondanks vielen er twee groepen te onderscheiden: Westeuropese outsider-kunstenaars die, vaak een beetje stripachtig, werken vanuit een psychologische insteek, en hun Aziatische collega’s die calligrafischer werken, vaak met een menagerie aan mythologische beesten.

Niet thuis te brengen en voor mij dé ontdekking van deze tentoonstelling waren de tekeningen van Davood Koochaki (Iran, 1939): primitieve, mysterieuze mensfiguren die zo uit de grotten gestapt lijken. Zijn verhaal is wonderbaarlijk. Vanaf zijn zevende moest Koochaki meewerken op de rijstvelden. Lezen en schrijven leerde hij zichzelf. Op zijn dertiende verliet hij zijn familie en reisde hij naar Teheran. Daar begon hij een autoherstelbedrijf. Rond zijn veertigste ging hij voorzichtig aan tekenen, maar pas na zijn pensioen kreeg hij daar meer tijd voor. Zijn schoonzoon, een professionele kunstenaar, stimuleerde hem om met betere materialen en op grotere formaten te werken. Zelf zegt hij vrolijk: “Ik probeer mooi te tekenen, maar dit is wat eruit komt. Misschien heeft het te maken met mijn moeilijke jeugd. Ik begin met een paar lijnen, en dan zie ik daaruit een figuur opdoemen die ik kan tekenen.” Dankzij de connecties van zijn schoonzoon kreeg Koochaki in 2008 zijn eerste expositie in Teheran. Hij tekent alleen met grafiet- en kleurpotloden, vandaar zijn bijnaam Potloodman. Ik vind het prachtig. Go, Pencil Man, go!

Davood Koochaki, Zonder titel (ca. 2010)

Davood Koochaki, Zonder titel (ca. 2010)