Het portretmodel van vandaag werd een paar weken geleden gespot: zijn vrouw zat model en hij kwam mee om te kijken, voor de gezelligheid. Vandaag zit hij zelf model, en komt zijn vrouw mee kijken – wat een lief stel. De reden waarom wij hem wilden hebben is simpel: de fantastische baard. Die is trouwens het resultaat van een weddenschap. Inmiddels is de weddenschap afgelopen, maar voor onze tekengroep mocht de baard nog even aanblijven – na vanavond gaat-ie eraf. Nu is het tekenen van een baard net zo moeilijk als van een haardos: volume, licht en donker, stofuitdrukking en haargrens: al die dingen zijn razend moeilijk. Maar deze baard ging mij gelukkig goed af. Onderstaande tekening is mijn beste van de avond. Ik ben vooral blij met dat het oor niet helemaal wit is – als het goed is kun je een lichte overall schaduw zien die ik er op het eind nog heb ingezet.
Categorie: Portret
Vlechten
Het portretmodel is een jong meisje, dochter van een van de vaste (naakt)modellen. Twee prachtige vlechten heeft ze. Het is een hele kunst die vlechten als vlechten te laten ogen; het duurde even voordat ik doorhad hoe het moest. Zomaar wat aanrommelen werkte niet (zie de vlecht rechts). De truc was me te concentreren op het patroon binnenin: de strengen die middenin over elkaar heen vallen. De buitenvorm volgt dan vanzelf. Onderstaand portret is mijn beste van de tekenavond. Behalve met de vlechten ben ik ook tevreden met de vorm van de oogkassen. Twee weken geleden had ik daar best veel moeite mee, nu staan de ogen op een redelijk natuurlijke manier in het gezicht.
Loslaten
Niet te willen, dat is de kunst. Mijn ervaring is dat als ik heel hard het ultieme kunstwerk, of iets minder ambitieus, een gelijkend portret wil maken, dat het dan juist níet lukt. Want mooie dingen komen niet door wilskracht tot stand. Mooie dingen kun je niet bedenken, die komen niet uit jou, maar uit je pen, uit het papier of zo je wil, uit de hemel. Die gebeuren… Als ik heel hard zit te persen omdat ik me voorgenomen hebt deze keer iets geniaals te maken, dan mis ik de mooie dingen, dan ben ik daar niet ontvankelijk voor. Dan gebeuren ze misschien wel, maar dan neem ik ze niet waar en teken ik er dwars doorheen. Dat is precies wat mij vanavond overkwam. Mijn eerste drie portretten waren te zwaar aangezet, te veel doorwerkt, te ambitieus. Pas in de laatste tien minuten kon ik mijn ambities loslaten. Het gevolg daarvan was dat ik beter kon kijken, dat ik ontvankelijker was voor de werkelijkheid zoals die zich voor mij ontvouwde. Het resultaat is onderstaande tekening.
Van de zaak
Sinds een paar weken teken ik met balpen. Het blijkt dat de balpennen van mijn werk het lekker doen. Zó lekker, dat ik vragen krijg van collega-tekenaars: wat voor pen ik gebruik. Nou, gewoon, één van de zaak. Op speciaal verzoek breng ik een paar extra pennen mee voor de anderen: paarse balpennen van de Universiteit van Amsterdam. Op mijn werk moeten ze dat maar als promotie zien. Onderstaande tekening (met zo’n reclamepen gemaakt) is mijn beste van de avond. De gelijkenis zit er goed in, en ik ben op tijd gestopt. Mijn stellige indruk is dat dat tijdig stoppen de tekening stukken beter maakt. Maar waarom precies, is mij nog een raadsel. Less is more, zoiets?
Bonkig
Vanavond nieuw speelgoed om uit te proberen: een grafietstaaf van het formaat XL candy bar. De ‘stift’ is moeilijk aan te sturen, voelt bonkig en ontbeert een duidelijke punt. Grafisch lijkt dit materiaal een beetje op Siberisch krijt, maar is minder zwart en glijdt beter, toch als grafiet. Na bestudering van de opdruk blijkt dat het materiaal met water uitwasbaar is. Dat is iets voor een volgende keer. Onderstaande tekening is de laatste van de avond. Het model (nog een jongen) leert voor beveilingsmedewerker en dat toont. Doordat de grafietstaaf zo moeilijk aan te sturen is (als tekenaar heb je geen zicht op de punt), krijgt de tekening een zoekende kwaliteit die het voor mij spannend maakt: zacht versus bonkig.
Cadeautjes
De eerste tekenavond van het nieuwe seizoen in Egmond aan den Hoef. Vorig seizoen sloot ik af met bister, deze zomer heb ik getekend in bister en ik ging vanavond nog maar even door, in bister. Of ik van mijn ervaringen geleerd heb? Echt vlotten wilde het niet: twee van de vier gemaakte tekeningen mislukten faliekant. Ik vroeg mij af: “Waarom teken ik eigenlijk, wat is de lol van dit alles?” Tja. Onder andere gaat het mij om de cadeautjes die ik zelf niet kan bedenken, die van hogerhand komen, “van boven”. Onderstaande tekening was de laatste van de avond. Cadeautjes zijn de gewassen inktvormen in het haar links en rechtsboven, en de uitgelopen lijn bovenin de kruin van het model. De rest is bedacht, al ben ik niet ontevreden met de stippen op het vestje.
Rietpen snijden
Mijn pop-can-pen-portrettekenexperiment van vorige week was niet gelukt. Vanavond ging ik daarom verder met een rietpen van bamboe. Ik vind het leuk die zelf te snijden. In het gemeentebosje tegenover mijn huis groeit de bamboe gewoon in het wild, dus een paar verse twijgen zijn zo gesneden. Daarna is het de kunst er een mooie punt aan te snijden. Op internet zijn tal van instructieve websites te vinden, Google maar op ‘reed pen cutting’. Er zijn ook goede video’s. Zelf kan ik ondertussen een mooie punt snijden, maar het sneetje laat ik achterwege – gewoon omdat ik te lui ben een gaatje te boren. Misschien moet ik dat toch maar eens doen: het gaatje voorkomt dat het sneetje verder splijt dan nodig en functioneert als inktreservoir. Onderstaande tekening is gemaakt met bamboepen en bister. De bister is uitgewassen met een kwastje, desalnietttemin zijn de hakerige lijnen van de bamboepen nog goed te zien.
Kraagje
Deze tekenavond zat voor ons een jong portretmodel met een prachtige, volle bos haar die ze naar één kant over haar schouder geslagen had. Heerlijk om te tekenen. Onderstaande tekening is het beste gelukt. Behalve met heur haar ben ik blij met de weergave van het bontkraagje van het spijkerjack dat ze droeg: de lichte veeg middenop geeft de kraag vorm en de vette schaduw zorgt voor volume. Ook in de rest van de tekening is het gelukt om de uiterste toonwaarden uit de houtskool te persen: zowel het lichte, uitgepoetste grijs als het vetste zwart.
Ontwikkeling
Hoe te werken in houtskool? Moet je veel uitvegen en poetsen, of juist helemaal niet? Mijn oorspronkelijke inspiratie was te tekenen à la Matisse: beginnen met een min of meer realistisch portret, dat helemaal uitvegen en daar overheen dan met een klare lijn abstraheren. Helaas is mij dat de afgelopen maanden nog nooit gelukt, misschien alleen de eerste keer. Eerlijk gezegd denk ik dat zo’n project weinig kans van slagen heeft op mijn maandagse tekenavonden (te druk, te gehaast), dat daar de rust en de aandacht van het werken op atelier voor nodig is. Desalniettemin zit er ontwikkeling in mijn houtskoolstijl. Onderstaande tekening stemt mij vooral tevreden. Er is stevig in gepoetst en geveegd, er staan duidelijke lijnen en arceringen, maar er is ook rust. Rust in de achtergrond en in het maagdelijke wit van de voorgrond.
Opgewerkt
Het zit niet altijd mee. Het lukte mij vanavond niet de gelijkenis te treffen met het portretmodel, terwijl ik daar eerder wel in slaagde. Onderstaande tekening is achteraf een beetje opgewerkt, door middel van het donkere vlak linksachter het hoofd. Niet mijn beste portret, maar wel de beste tekening van deze avond. Waarom eigenlijk? Zelf ben ik erg blij met het linkeroog. Daar zat ik erg mee te worstelen, dat gedeelte heb ik verschillende malen uitgeveegd. Uiteindelijk is het gelukt met een ferme streep en een stevig rondje. Daar heb ik het maar bij gelaten.