Waarom zijn kindertekeningen zo mooi? Niet omdat ze zo knap zijn of zo gevoelig. Kinderen tekenen onbevangen en vrij, maar zijn tegelijkertijd overtuigd en beslist, ook als het nergens op lijkt: “Dit is een huis”, “Dit is een vliegtuig”, “Dit zijn pappa en mamma”. Die overtuigingskracht, die beslistheid bepaalt voor mij de schoonheid van kindertekeningen.
Als we ouder worden, verliezen we de kinderlijke vrijheid. Wij gaan tekenen zoals we denken dat het hoort. We tekenen braaf ogen, neus en mond zoals we geleerd hebben, op de plekken waar we denken dat het moet. We tekenen de ogen even groot en even hoog (ook als dat niet zo is), keurig met de lichtjes erin (ook als die er niet zijn). Tegelijkertijd verliezen we de kinderlijke zelfverzekerdheid. We worden onzeker, bang niet te voldoen aan de norm. Als een portret niet voldoende lijkt, worden we al snel ontevreden.
Meer nog dan de vrijheid van het kindzijn mis ik bij mezelf de kinderlijke overtuigingskracht: hoe fijn zou het zijn om te tekenen en te geloven dat je tekening de werkelijkheid weergeeft? De werkelijkheid ís ? In de onderstaande tekening zit daar (per ongeluk?) iets van in, in de krassen die zeggen: “Dit is een bos haar.”