Tag: ballpoint

Uitgewerkt

Afgelopen half jaar heb ik portret getekend met de goedkope (reclame)ballpoints van mijn werk. Gaandeweg heb ik hiermee een bevredigende werkwijze ontwikkeld: losjes beginnen, vorm en toon simultaan uitwerken, nadruk op het gelaat houden. Alleen is niet gezegd dat dit recept altíjd werkt. Met mijn twee voorlaatste portretten (Hans en Cees) was ik erg tevreden. De vorige keer kwam ik er echter niet uit, en nu vanavond wederom niet. Hoe zou dat komen? Heb ik mijn doel bereikt en wordt het kunstje saai? Is de magie uitgewerkt? Of mis ik gewoon even de concentratie? Ik heb werkelijk geen idee. Hoe dan ook, onderstaande tekening is mijn minst slechte van vanavond. Verbeterpunten genoeg: het gezicht is mij te stijf, te star (al is het portret aardig gelijkend), het licht oogt gekunsteld (al viel het écht zo), het achterhoofd is te vierkant (al had het wel die vorm) en het oor vraagt te veel aandacht (waarschijnlijk omdat ik het verplaatst heb). Gelukkig zie ik ook positieve punten: het (kriebel)patroontje op de blouse stemt mij tevreden. Dat stuk van de tekening is hoe ik het eigenlijk wil hebben: lekker los en suggestief.

No photo found.

Beter meten

Het portretmodel is een oudere vrouw met mooi wit opgekamd haar en donkere, diepliggende ogen. Onderstaande tekening is mijn beste van de avond. Mond, haar, sjaal zijn aardig gelukt. De schaduwen ook. Alleen de ogen, daar kwam ik niet uit, die waren te smal getekend, te klein. Geen idee hoe mij dat overkomt. Omdat ik bang ben de ogen te groot te tekenen? Omdat ze in de oogkassen verstopt zitten en ik niet goed weet wáár ik ze moet plaatsen? Als je goed kijkt, kun je zien dat ik zowel links als rechts heb zitten corrigeren. Het eindresultaat is hopelijk nog toonbaar, al zijn de ogen niet helemaal in balans met de rest van het portret. Les voor de volgende keer: nóg beter meten. Of is het: rustiger kijken?

No photo found.

Streepje

Vanavond was het portretmodel een collega-tekenaar, tevens vader van een ándere college-tekenaar. Waarom Cees model stond, was mij niet duidelijk, hij was blijkbaar gevraagd. Voor hem betekende het dat hij moest stilzitten en niet kon werken. Ons tekenaars bood hij een lekkere “kop” om te tekenen. Normaal is dit niet netjes om te zeggen, maar bij een collega-tekenaar kan dat. Het brilletje was ook fijn, een bril geeft altijd steun. En met het kraagje van zijn overhemd kon ik ook wel iets, dat had een prikkelend artistiek streepje. Met ballpoint heb ik twee lekkere tekeningen gemaakt. Beide zijn vlot getekend, in één doorgaande flow en op tijd gestopt. Zie de tekening hieronder en klik hier voor de andere.

Cees, 50 x 65 cm

Cees, 50 x 65 cm

Verbeelding

Wanneer is een portret gelijkend? Je zou denken dat dit een simpele ja-nee-vraag is: een portret lijkt wel óf niet. Portretmodel vanavond was Hans van het Egmondse Overslot. Het hieronder afgebeelde portret stemde mij erg tevreden, want ik vond het behalve artistiek gelukt ook erg gelijkend: het sympathieke, verweerde hoofd, de enigzins mysterieuze glimlach, de (niet-zichtbare) dreadlocks onder de pet, voor mij was dat helemaal Háns. Mijn collega-tekenaars dachten daar anders over. Ik had nóg twee tekeningen gemaakt, waarvan eentje de favoriet was van mijn collega’s. Die ándere tekening was volgens hen juist helemaal Hans, veel meer dan de tekening hieronder. Zelf schaamde ik mij een beetje voor die andere tekening, daar vond ik het model veel te zij-ig afgebeeld, met glazige ogen. Dit illustreert maar weer dat gelijkenis is geen objectieve kwestie is, maar een subjectieve. Deze kennis is verrassend maar niet nieuw. In 396 na Christus schreef Augustinus er al over in zijn Confessiones. Of lees Het portret en zijn gelijkenis van de hand van kunstcriticus Mr. W.C. Feltkamp: dit artikel legt de vinger op de zere plek. Feltkamp stelt dat gelijkenis neerkomt het gelijken van het portret met de inwendige voorstelling die iemand van de geportretteerde heeft. Tádáá! Dat maakt duidelijk waar de subjectiviteit vandaan komt: it’s in the eye of the beholder. Onderstaand portret is dus mijn gelijkende beeld van Hans. Of in de geest van Augustinus: mijn verbeelding van Hans.

Hans, 50 x 65 cm

Hans, 50 x 65 cm

Methodiek

Het model is een vrouw met een lief, rond gezicht. Onderstaande tekening is mijn beste van deze tekenavond. De tekening is wederom met ballpoint, waarmee ik ondertussen een vaste methodiek ontwikkeld heb: losjes beginnen, het aangezicht uitwerken, de rest (haar, hals) zoveel mogelijk open laten en alleen suggereren. Ik zie nog wel een klein verbeterpunt: de grootte van het ene zichtbare oog – dat is naar mijn smaak iets te klein. Maar ja, er is nu eenmaal geen geheide truc om alle verhoudingen goed te krijgen. Als die er was, was er geen kunst meer aan. Het enige wat helpt is goed kijken en kritisch blijven.

No photo found.

Vluggertje

De maandagse tekenavondavonden duren altijd van acht tot tien. Om negen uur hebben we een kwartier koffiepauze. Rond tien voor tien beginnen sommigen al op te ruimen, om op tijd te vertrekken. Op dat tijdstip begin ik soms nog aan een laatste snelle tekening, een vluggertje. Dat voelt wel een beetje uitsloverig, maar ik vind het té leuk om niet te doen. Het gekke is dat dat vaak een verrassend goede tekening oplevert. Hoe komt dat nu weer? Is dat omdat ik dan ingetekend ben? Omdat er geen tijd meer is om na denken? Of omdat er bij zo’n vluggertje geen druk meer op ligt? Hoe dan ook, onderstaande tekening is volgens mij zo’n vluggertje. Helemaal perfect is deze tekening niet, maar er zitten mooie stukken in: met name de mond ‘zit er goed in’, de welving van het profiel van het gezicht is goed gelukt en steekt mooi af tegen de vorm van het haar.

Didi, 50 x 65 cm

Didi, 50 x 65 cm

Roomsche lectuur

Een van de regelmatig terugkerende modellen zat deze tekenavond voor ons portrét. Omdat we haar al vaker getekend hadden (met hoed, zonder hoed, met hand onder kin, et cetera) moesten we wat nieuws bedenken. Dat nieuws werd een boek, gehaald uit één van de boekenkasten die er nog staan van de Karmelietessen, op de gang (we tekenen in de kapel van het Egmondse Karmelklooster, waaruit de Karmelietessen in 1996 vertrokken zijn). De hele tekenavond heeft Willemijn in dat ene katholieke boek zitten lezen. Onderstaande tekening is mijn beste van de avond. De stand was best een moeilijke, met het hoofd helemaal en profil en naar beneden. Alleen is de vorm van het achterhoofd niet helemaal goed, die is iets te kort weergegeven. Of beter, een beetje verdraaid, want haar paardenstaart zit niet recht tegenover haar neus. En wat voor stichtends er in dat boek stond zullen we nooit te weten komen.

No photo found.

Griekse buste

Voor de verandering zit een van de naaktmodellen deze keer portrét. De vorm van het hoofd van Joyce heeft iets van een Griekse buste – ik denk door de vorm van de jukbeenderen, de oogkassen en de hoge wenkbrauwen. Het vinden van de gelijkenis was nog best hard werken, maar volgens mij zit er in onderstaande tekening van beide wel iets in: van de Griekse buste én van de gelijkenis.

Joyce, 50 x 65 cm

Joyce, 50 x 65 cm

Uitvergroot

Het portretmodel is net als vorige week een oud-collega van Frits. Voor de verandering werk ik eens met het licht mee. De lamp werpt een mooie schaduw op de achtergrond: het hoofd, maar dan uitvergroot. Die gekke schaduw met dat reuzevoorhoofd en die neus is te mooi om niet mee te nemen, vandaar de keuze voor deze uitsnede. De rand van de schaduw had nog wel wat mooier gekund (een lijntje rond een schaduw vind ik altijd storend werken), maar voor de rest is deze tekening lekker los getekend.

Henny, 50 x 65 cm

Henny, 50 x 65 cm

En profil

Het portretmodel van vanavond is een oud-collega van tekenavond-organisator Frits. Onder het tekenen worden genoeglijk oude herinneringen opgehaald. Aan deze gezamenlijke herinneringen heb ik part noch deel, dus kan ik me lekker op het tekenen concentreren. Zoals bijna altijd zit ik links van het model (voor de kijker rechts), omdat de beste plekken middenvoor gereserveerd zijn voor de vaste club van habitués die hier al jarenlang tekenen. Het model zit van mij weggedraaid en ik heb ‘licht tegen’. Door nóg iets verder op te schuiven, krijg ik het model en profil en in tegenlicht, hetgeen soms aardige tekeningen oplevert. Met onderstaande tekening kan ik prima tevreden zijn, denk ik. De bril werpt een kekke mini-schaduw op de onderkant van de oogkas, en het licht op wang, snor en onderlip is mooi gelukt.

Patrick, 50 x 65 cm

Patrick, 50 x 65 cm