Tot en met 7 april 2019 is Noordbrabants Museum in Den Bosch een prachtige tentoonstelling te zien: De wilde jaren van Jan Sluijters. Jan Sluijters (1881-1957) is een van mijn schilderhelden. De wilde jaren slaan op zijn begintijd. In 1904 won hij de Prix de Rome. Met de daarmee verkregen reisbeurs reisde hij naar Spanje en Italië. Het werk dat hij daar maakte (onder andere wild dansende flamencodanseressen) werd door de Nederlandse jury van de Prix de Rome te modernisch gevonden en zijn stipendium werd ingetrokken. Samen met Leo Gestel bezocht hij in 1911 Parijs. De Bossche expositie toont het werk van die reizen en de luministische landschappen die hij in Nederland maakte. Onder invloed van hun bezoek aan Parijs maakten Sluijters en Gestel een aantal kubistische schilderijen, te zien in de laatste tentoonstellingszaal. Het hieronder afgebeelde schilderij hangt daar ook. Het is een herinnering aan Parijs: een paardenkoets met drie mannen. Qua stijl lijkt het doek eerder door Matisse beïnvloed dan door de kubisten: het is een prachtige, bijna abstracte compositie met een groenig (kunst?)licht in de voorgrond. Wit is de cirkel in de voorgrond (een terrastafel?), evenals de lantaarns. De bovenkant van het schilderij lost op in het donker van de bomen (excuses voor de lichtreflecties). Het rood van het paardendek komt terug in de achtergrond en in het vlakje in de voorgrond. Een terrasstoel? Eigenlijk maakt dat niet uit. Wonderschoon, dit schilderij, ik raak er niet op uitgekeken.
Tag: Sluijters
Eclectisch
Voor het eerst was ik naar Museum Voorlinden, een nieuw, particulier museum in Wassenaar. De reis ernaartoe was al een belevenis op zich. Het museum ligt een beetje achteraf. Vanaf de grote weg rij je eerst door een mix van oude en nieuwe chic: villaatjes, villa’s, een enkel weiland, landhuizen en -goederen, waarna je uitkomt op het royale landgoed Voorlinden. Het restaurant is in de oude villa, het museum bevindt zich in een spiksplinternieuw gebouw van Kraaijvanger Architects. De nadruk van de eclectische collectie ligt op de (niet-al-te-)moderne, naoorlogse kunst en kent een aantal handige publiektrekkers, waaronder het zwembad van Leandro Erlich (leuk voor de kinderen). Toch werd ik het meest getroffen door een paar vooroorlogse werken: van Dongen, Mondriaan en drie doeken van schilderbeest Jan Sluijters, waaronder zijn bekende zelfportret. Onderstaand schilderij is ook van Sluijters. Prachtig gedaan. Raadselachtig ook, dat donkere gezicht boven het lichte lijf. En niet te vergeten die sigaret.
Kleurenwreedheid
Het Stedelijk Museum Alkmaar exposeert voorjaar 2017 ‘De passie van de verzamelaar Wim Selderbeek’. In deze tentoonstelling figureren een aantal prachtige schilderijen van ‘schilderbeest’ Jan Sluijters (1881-1957). De tentoonstellingstekst vermeldt dat Sluijters na het winnen van de Prix de Rome in 1904 naar Rome, Madrid en Parijs reist. Beïnvloed door de Franse avant-garde maakt hij enkele schilderijen die Nederland op zijn achterste benen doet staan. Zo probeert Sluijters in ‘Spaanse danseres’ door middel van felle kleuren de beweging van een flamencodanseres vast te leggen. De voortgangsrapportage van de Academie, die hem de prijs had toegekend, spreekt van een ‘ruwe hartstochtelijkheid en pijndoende kleurenwreedheid’ en van ‘drieste verontachtneming van de vrouwelijke schoonheid’. Het gevolg is dat zijn toelage wordt ingetrokken. Sluijters, die met zijn eerste vrouw reist, wordt gedwongen naar Nederland terug te keren. Gelukkig is Jan Sluijters blijven schilderen. Zo hangt op de tentoonstelling in Alkmaar een prachtig schilderij dat meer dan veertig jaar later geschilderd is, de ‘Spaanse gitana’ ofwel ‘Vrouw met blauwe ketting uit 1947’. Eveneens een must see.
Black is beautiful
Met mijn vader was ik in het Stedelijk Museum Alkmaar. We betaalden drie euro toeslag voor een Kruseman-tentoonstelling die van beduidend mindere kwaliteit was dan de Boendermaker-expositie waar we voor kwamen. Piet Boendermaker was een Bergense maecenas die ruimhartig eigentijdse kunstenaars sponsorde: Leo Gestel (sic), Dirk Filarski, Arnout Colnot, Piet Wiegman, Matthieu Wiegman, Else Berg, Mommie Schwarz, Wim Schuhmacher, Adriaan Lubbers, Gerrit van Blaaderen, Frans Huysmans en Charley Toorop.
Absoluut topstuk van deze mooie, goed ingerichte tentoonstelling is onderstaand schilderij van Jan Sluijters (1881-1957). Tonia Stieltjes (1881-1932) was een favoriet model van Jan Sluijters. Ze was een flamboyante vrouw (let op de ring) die openstond voor vernieuwingen. Piet Mondriaan was goed met haar bevriend toen zij in de jaren twintig met haar echtgenoot ingenieur Wim Stieltjes in Parijs woonde. Tonia’s voorkomen en lichtbruine huidskleur waren voor Sluijters een grote inspiratiebron. Ze was misschien geen universele schoonheid, maar ze had iets waarop Sluijters niet uitgekeken raakte.
Zelf vertelde Sluijters in 1937 wat hij in vrouwelijke modellen zocht: ‘De mooiste vrouwen zijn niet onze liefste modellen. Wat men noemt een grote schoonheid, wat op het eerste gezicht ook vaak heel aangenaam is om naar te kijken, dat wordt, als wij het willen schilderen, dikwijls saai en vervelend’. (Bron: Esther Schreuder)